Bandenspanning kart

Bandenspanning bij een kart is de hoeveelheid luchtdruk in de voorbanden en achterbanden. Je meet deze technische waarde meestal in de eenheid bar of psi. De druk beïnvloedt direct hoe het rubber contact maakt met het asfalt.

Een hogere druk maakt de band harder en vermindert de rolweerstand op het rechte stuk. Lagere druk zorgt juist voor een groter contactoppervlak tussen de band en de baan. Je moet de spanning altijd meten met een nauwkeurige digitale meter.

De juiste spanning is essentieel voor maximale grip in de bochten van het circuit. Als de druk te laag is voelt de kart traag en zwaar aan. Een te hoge druk zorgt juist voor minder stabiliteit en veel glijden.

Daarnaast bepaalt de luchtdruk hoe snel je banden op de juiste bedrijfstemperatuur komen. Door wrijving warmt de lucht in de band op tijdens het rijden. De spanning stijgt hierdoor naarmate je meer rondjes rijdt op de baan.

Begin altijd met een lagere koude spanning als de buitentemperatuur erg hoog is. Je moet regelmatig de druk controleren direct nadat je van de baan afkomt. Gebruik voor regenbanden vaak een hogere spanning om meer grip te forceren.

Houd een logboek bij met de startspanning en de uiteindelijke warme spanning per sessie. Je leert zo precies welke waarden het beste werken voor jouw specifieke rijstijl. Vraag ook ervaren rijders naar hun basisinstellingen voor verschillende soorten kartbanden.

Bandenspanning is een van de makkelijkste manieren om je kart sneller te maken. Experimenteer met kleine stapjes van nul punt een bar voor het beste resultaat. Goede banden met de juiste druk maken het verschil tussen winnen en verliezen.